De bosruiter.

De bosruiter is een kleine oeverloper. De bosruiter lijkt op een witgatje met een slanke snavel, bruine bovenkant en lange, geelgroene poten. Hij verschilt met het witgatje door zijn minder contrasterende witte buik, hij heeft een meer 'vierkante' kop en een duidelijke oogstreep. Hij mist de donkere ondervleugel van het witgatje. Ook het geluid is anders. Deze in kleine groepjes levende vogels zoeken hun voedsel in ondiep water en modder. Hun voedsel keuze bestaat voornamelijk uit insecten en hun larven, maar ook wormen, spinnen, kreeftjes en visjes staan op het menu. Hij broedt voornamelijk op de grond of gebruikt een oud vogelnest in een boom. De bosruiter is in Nederland uitgestorven als broedvogel in de jaren dertig van de vorige eeuw. Het was een vogel van hoogveenmoerassen. Veel langer waren er nog broedvogels in vergelijkbare biotopen in Noord-Duitsland en Denemarken, maar ook daar ging de bosruiter razendsnel achteruit. De bosruiter wordt in Nederland op doortrek van en naar het noorden nog waargenomen in mei en in de maanden juli, augustus en september.