de grote bonte specht.

De grote bonte specht is een veelzijdige opportunist, waardoor het hoofdvoedsel per leefgebied sterk kan variëren. Hij eet in de warmere periodes voornamelijk dierlijk voedsel, zoals insecten en hun larven en poppen. De specht foerageert van beneden naar boven op de boomstam, waarbij hij de bast beklopt om door insecten gegraven tunnels te vinden. De specht hakt een tunnel open en vangt de prooidieren met de punt van zijn kleverige tong. De grote bonte specht is een opportunist en voedt zich derhalve ook met kleine gewervelden. Hij kraakt bijvoorbeeld nesten van zangvogels of kleinere spechtensoorten open om zich te voeden met de eieren of de kuikens. In de winter voedt de grote bonte specht zich vooral met plantaardig voedsel. Zaden van naaldbomen beslaan dan het grootste deel van zijn dieet. Hiervoor klemt de specht de kegelvrucht in een zogenaamde 'spechtensmidse', om vervolgens de zaden er uit te hakken. Naast zaden eet de grote bonte specht beukennootjes. eikels, noten, bessen en hars. Ook bezoekt hij regelmatig voedertafels, ook in stedelijk gebied.