De blauwe reiger.

De blauwe reiger is een grote vogel met een lengte van ongeveer 90 tot 98 centimeter en kan een lichaamsgewicht bereiken van zo'n 2 kilogram. Het mannetje en het vrouwtje zien er ongeveer hetzelfde uit. Beide geslachten hebben een grijze bovenzijde, vleugels en staart en de vleugeleinde- zijn zwart. De kop is wit met een zwarte band door het oog, die doorloopt in een kuif. Ook de hals heeft een witte kleur maar is voorzien van lengtestrepen aan de voorzijde. De buikzijde is grotendeels lichtgrijs van kleur. De kop draagt een gele, dolkvormige snavel, in de broedtijd kleurt deze soms roodachtig. De poten zijn lang en bruin van kleur en net als de snavel roodachtig. 

De blauwe reiger is een vlees- en viseter die vissen en amfebieèn eet, maar ook andere dieren als insecten en kleine zoogdieren worden wel buitgemaakt. De vogel is een veel geziene soort in ondiepe plekken van stadssingels en poldersloten en in weilanden; de reiger wordt vliegend gezien langs grachten, beken en bij meren; de broedkolonies bevinden zich midden in de stad in hoge bomen of juist in volstrekt afgelegen bospercelen.

De blauwe reiger zoekt in stedelijke gebieden regelmatig de rand van tuinvijvers op, waarin vissen rondzwemmen. Door liefhebbers van goudvissen of koikarpers wordt de reiger dan ook beschouwd als een plaagsoort en wordt zo veel mogelijk geweerd. In strenge winters hebben de blauwe reigers het zichtbaar moeilijk. De vogel komt in geheel Nederland voor, ook in steden. Holland en Friesland zijn favoriet: hier broedt 60 tot 70% van het bestand.

Maak jouw eigen website met JouwWeb